Reisverslag 2016
Met Bellefleur door het Götakanaal, Zweden
Periode 31-05-2016 tot 21-07-2016
Verst bereikte punt: Risö, Zweden; 58°27,5´ NB; 16°75,0´OL
Afgelegde afstand: 1830 zm; aantal motoruren: 147
Deze zomer varen we door het Götakanaal. De vakantietrip start op 31 mei in alle vroegte vanuit Makkum. Rechtstreeks naar het Skagerrak is vanwege de NO wind geen aantrekkelijke optie. De steven wordt gericht op Cuxhaven. In de Vliestroom en op zee staat er nog een behoorlijke golfslag. Er is nevel, maar de weersverwachting voorspelt beter zicht en een matige wind uit N-NO. We verwachten met lange slagen goed te vorderen. Maar de mist wordt dichter en nadat we erg schrikken van een tegenligger zonder AIS die vlak voor ons opdoemt, constateren we dat het doorvaren naar Cuxhaven teveel van de bemanning zal vergen. We wijken uit naar Lauwersoog. In de buitenhaven blijken de te nauwe boxen vervangen door comfortabele drijvende steigers. De toiletten zijn er echter gesloten en we verkassen na een dag naar de binnen jachthaven” Noordergat”. Daar laten we de krachtige NO wind uitblazen en genieten enkele dagen van de natuur (met o.a. orchideeën en gekraagde roodstaart) rondom het Lauwersmeer. Op 3 juni vervolgen we de tocht naar Cuxhaven. Na een onrustig zeegat kalmeert de zee en met een aan-de-windse koers kunnen we Bellefleur trimmen zodat ze met vastgezet roer zonder stuurautomaat prima koers houdt. Opkruisend met lange slagen passeren we het ankergebied boven de Jade in een heldere nacht en arriveren mooi op tijd bij de Elbemonding om met de stroom mee tot Brunsbüttel te varen en vervolgens op het kanaal nog tot het Giselaukanaal.
In Kiel-Holtenau worden we vanwege de werkzaamheden aan de oude sluis, gratis geschut in de grote sluis. We willen deze keer iets meer van Kiel zien en overnachten tot volle tevredenheid in de jachthaven Dusterbrook, de oude Olympische haven van 1936. Op maandag 6 juni zeilen we met stevige oostenwind naar Nyborg aan de oostkust van Fünen. Het waait hard als we in een vrijwel lege haven arriveren en het afmeren met zijwind in een veel te lange box gaat niet vlekkeloos. Een behulpzame Duitse collega op de steiger en Willemien op de punt zitten elkaar danig in de weg, met het gevolg dat de Duitser in het water belandt en Bellefleur zonder lijn op de steiger een box verder tegen een daar afgemeerd schip waait. Gelukkig geen schade en de behulpzame Duitser verschijnt druipnat maar ongedeerd weer op de steiger voordat we Bellefleur volledig gefixeerd hebben. Toen ik hem een fles wijn bracht ontkwam ik niet aan een college “afmeren”.
De volgende dag, na het passeren van de brug over de Grote Belt, wordt de spinnaker gehesen om er pas af te gaan als we ter hoogte van Samsø afbuigen naar het oosten om op Sejerø af te meren. Op dat mooie eiland een lekkere wandeling gemaakt en op het strand stenen met gaten (die brengen geluk) gevonden. Het afmeren is de rest van de vakantie zonder kleerscheuren verlopen. Ligt dat aan de mythe of het college?
Het geluk geldt echter niet voor de wind, want die waait nu uit N en de tocht naar Anholt, die we in gedachte hadden zit er niet in. We kiezen voor Gilleleje. De Nederlandse marine oefent met de patrouilleschepen “Friesland” en “Holland” in het oefengebied boven Sjællands Odde maar we kunnen ongehinderd doorvaren. Dat lukte niet voor iedereen begrijpen we uit de marifoon gesprekken. De volgende ochtend is er aanvankelijk geen wind maar na een paar uur kunnen de zeilen weer gehesen worden. We meren af in Varberg, Zweden op donderdag 9 juni. Betalen via een pinautomaat en alle haven gegevens, inclusief toilet code en WiFi code zijn op de bon beschikbaar. Dit is in veel Zweedse havens het geval.
Het waait hard uit N en we maken een wandeling in de omgeving van de haven. ’s Middags zwakt de wind iets af en we besluiten uit te varen Met kleine genua en twee riffen kruisen we op met bestemming Lerkil. Opboksend tegen de stevige wind en met, naar blijkt, een forse tegenstroom vorderen we slecht en verleggen de koers naar Gottskär. Deze haven ligt goed beschut.
‘s Ochtends blijken de weersomstandigheden gunstig om naar Göteborg te zeilen. Daar meren we op zaterdag 11 juni omstreeks 16.00 uur af in het haventje Lilla Bommen, midden in het stadscentrum. ‘s Avonds maken we een stadswandeling. We zijn al enkele keren eerder in Göteborg geweest en besluiten om zondag de Alv op te varen. De doorvaart hoogte van de brug is krap maar de brugwachter geeft ons toestemming om er met onze 18,5 m onderdoor te varen zonder brugopening. Het eerste deel van de tocht door Zweden gaat over het de rivier Alv en het Trollhättankanaal tot je bij Vänersborg op het Vänern komt. De lengte van dit deel is 82 km en bevat 7 sluizen. Zonder noemenswaardig oponthoud passeren we twee bruggen, een spoorbrug en een sluis. Nabij Trollhättan passeren we de oude SAAB fabrieken. Het grote complex ziet er verlaten uit; geen idee of daar nog iets gebeurt. Na 46 mijl motorwerk meren we af op een rustiek aanlegplaatsje bij het oude sluiscomplex van Trollhättan, dat gebruikt werd tussen 1800 en 1844. We bewonderen het oude en het nieuwe sluizencomplex. Een lokale zeiler vertelt ons welke haventjes op het Vänern aantrekkelijk zijn om aan te lopen. Hij verrijkt ons met een aantal zeer gedetailleerde kaartjes. De volgende dag naar Vänersborg gevaren. Boodschappen gedaan en van de havenfaciliteiten gebruik gemaakt om een was te draaien etc.
Voor ons ligt een prachtige, antieke, geklonken stalen spoorbrug die als een mecano constructie opvouwt om ons door te laten. Nog een brug van 17m door en dan laten we het Trollhättankanaal achter ons en varen het Vänern op. Het grootste meer van de Europese Unie met een oppervlakte van 5,650 km2 (5 x het IJsselmeer) op 44 m boven de zeespiegel. Het interessantste vaargebied is het midden en ZO-lijke deel volgens onze zegsman. Ons doel is Spiken, een oud vissersplaatsje met een idyllisch haventje waar je door de rietvelden naar toe zeilt. Voor het eerst in deze vakantie regent het. Bellefleur kan dat wel gebruiken, alles zit nog onder het zout. We kunnen zelfs met onze eigen Noorse SIM-kaart geen internet krijgen op Spiken. Later blijkt dat we roaming moeten en kunnen instellen op ons Mobile WiFi hotspot internetdevice en dan hebben we beter op meer plaatsen bereik. Vanuit Spiken wandelen we de volgende dag naar het slot Läckö. De fundamenten stammen uit de middeleeuwen en het kasteel heeft een belangrijke rol gespeeld in de tijden van de graven in de 16e en 17e eeuw, vooral ook als vergaderlocatie van de Zweedse adel vanwege de goede bereikbaarheid over het water. Ook nu heeft het kasteel een eigen, goed bereikbaar, jachthaventje. Een bezichtiging van het slot is zeer de moeite waard. We vervolgen onze zeilreis naar het eilandje Djurö. We hebben geluk. In het kleine, beschutte baaitje achter een drempel van 2m, waar we met onze 2,1 diepgang voorzichtig overheen manoeuvreren, is de enige ankerboei vrij. Op andere wijze ankeren zou lastig zijn en een aanlegmogelijkheid is er niet. Het is heerlijk wandelen op het meestal onbewoonde eiland met veel herten en prachtige bossen en heide. De volgende ochtend zwemmen we even in het ijskoude heldere water en vertrekken dan naar Mariestad, waar we provianderen en het stadje bekijken.
Dan is de tijd rijp om echt aan het Götakanaal te beginnen. Bij Sjötorp betalen we dure doorvaart. Het is aan te bevelen dit vooraf via het internet te doen, dan krijg je korting (http://www.gotakanal.se/en/pleasure-boat/). Eerst gaan we verder omhoog tot Forsvik (92m) en daarna via het Vättern (89m) naar de oostkust bij Söderköping en Mem. Er zijn 58 sluizen te nemen, allemaal van dezelfde afmeting, ongeveer 32 bij 7,5 meter. Het verval per sluis is meestal ongeveer 2,5 m. Sluizen en bruggen worden uitstekend bediend door werkstudenten. Ze bellen je komst door. Je kunt niet zelf contact opnemen per marifoon. De bediening is meestal vlot, alleen als er een passagiersschip (Juna, Diana, Wilhelm Tham) passeert kun je lang moeten wachten. Voor elke sluis is een steigertje waar een bemanningslid afgezet kan worden om op de wal de lijnen te bedienen.
Het kanaal ligt deels boven het landschap en dat biedt mooie vergezichten. We overnachten in Lyrestad, Vassbacken en Karlsborg op prettige lipplaatsen. Op het Vättern (oppervlakte 1900km2, ongeveer gelijk aan IJsselmeer plus Markermeer) zeilen we naar Askersund in het noorden, waar we midden in het dorp afmeren. Vanuit Askersund maken we fietstochten in de omgeving. We hadden graag het natuurpark Tiveden met oerbossen uitgebreid willen bezoeken maar daar was met openbaar vervoer niet te komen en we zijn er in deze omgeving niet in geslaagd een auto te huren.
In het scherengebied varend zien we o.a. middelste zaagbekken. In Motola vervolgen we onze kanaal tocht tot de sluizentrap bij Borenshult. Hier moeten we wachten op een passagiersschip en benutten de tijd voor een bezoek aan het kanaalmuseum waar Baltzar von Platen, de staatsman onder wiens gezag het Götakanaal werd aangelegd, uitgebreid in beeld is gebracht. Van Motola naar Berg passeren we 21 sluizen en 10 bruggen. In Berg merken we niets van het midzomerfeest dat vandaag gevierd wordt. Daarom maken we een lekker fietstochtje naar Stjärnorps slotruïne met een mooie tuin in een kloof met reuzenvarens. De ruïne blijkt verbouwd te worden tot een appartementencomplex. Onderweg zien we vele reeën en herten.
De laatste pleisterplaats in het kanaal is Söderköping, de oude hoofdstad van Zweden, waarvan de haven onbruikbaar werd voor de handelsvaart door de nog steeds aanhoudende landstijging in Scandinavië. Het is een prachtig historisch stadje.
Via Mem bereiken we het scherengebied van de Oostzee. In de baai bij Risö gaat het anker uit. We hebben al enige tijd WhatsApp contact met Peter en Judith Schotman, die met ’t Looze Visschertje door de scheren aan de Zweedse oostkust noordwaarts varen en we ontmoeten elkaar op het rustieke eilandje Harstena (58° 15,27´NB; 17° 00,16´OL). We besluiten gezamenlijk het eerste deel van de terugtocht te ondernemen en leggen aan op Gibbo Kupa (een prachtig eilandje waar we heerlijk rondstruinen; goede mogelijkheid aan de rots af te meren op locatie 58°11,44´NB; 16°57,11´OL) en Fyrudden. Hier vermaken we ons enige dagen en wachten beter weer af, waarna ieder zijns weegs gaat.
We beginnen nu het thuisreisgevoel te krijgen en dat gaat betekenen dat we tot Kiel aan het opkruisen zijn. Het brengt ons eerst bij Katsholma (goede ankerplek). In de buurt van Västerik spotten we prachtig een zeearend. We zeilen via Borgholm (Őland) naar Kristianopel. Van daar is het spannend om bij slecht regenachtig weer via de ondiepe scheren zuidelijk van Sandhamn en Torrhamn door een geul met aangegeven diepte van 2m en onder een brug met aangegeven doorvaarthoogte 18m door naar Karlskrona te varen. We hadden het een keer eerder gedaan onder gunstige omstandigheden en de brug is een boogbrug met duidelijke hoogte markering. Ook nu ging het goed. Na een verwaai dag in Karlskrona kruisen we verder via Simrishamn, Ystad, Hollviken (door het Falsterbrokanaal en terug), Klintholm naar Hesnaes. Op Hesnaes vieren we de verjaardag van Hans met familie uit Nykøbing (Falster). Engelien en Lotte blijven aan boord en zeilen de volgende dag mee naar Gedser, waar ze door Erik weer worden opgehaald. We vertrekken vroeg om noordelijk van het windmolenpark langs Rødsand naar Kiel te varen. Maar de wind wordt westelijker en trekt meer aan dan verwacht. We eindigen de dag in Bagenkop in een onwijs grote box. De tweede achterlijn brengen we zwemmend uit. De volgende dag zeilen we met harde wind en klein tuig met een aan-de-windse koers naar Kiel. Op zo’n dag vergeten we onze leeftijd. Via Brunsbüttel naar Cuxhaven , waar we een dag fietsen om goed weer af te wachten. Op dinsdag 19 juli vertrekken we rond 15.00 uur. De eerste uren moet de motor ons vaart geven, pas tegen middernacht kunnen de zeilen de voortstuwing geheel voor hun rekening nemen. Vroeg in de ochtend lift een jonge sperwer een uur lang mee, eerst op het dek en later in de zaling. ‘s Middags arriveren we met tij mee in de Vliesloot en na telefonisch overleg met de havenmeester krijgen we toestemming om in de overvolle haven van Vlieland af te meren. Op donderdag 21 juli varen we naar Makkum.
We kijken terug op een fijne zeilvakantie, waarin we veel kanaal mijlen maakten op de motor, maar op zee heerlijk actief hebben kunnen zeilen. Zweden heeft een prachtige natuur en een keer door het Götakanaal is zeer de moeite waard.
Hieronder het verslag zoals geschreven tijdens de reis.
Donderdag 21 juli 2016 Vlieland naar Makkum
In de nacht meert er nog een schip op ons af. De havenmeester is daar niet blij mee als hij ’s morgens inspecteert. We vertrekken na het ontbijt om het hoogwater Harlingen van half twaalf te benutten. Om ons heen hebben we op de Waddenzee zelden zo veel schepen gezien. Als de wind iets toeneemt, gaan we in de Blauwe slenk de zeilen zetten. Pas in de Boontjes lukt dat zonder motor bij. Voor de sluis liggen heel veel jachten en de bruine vloot heeft voorrang. We liggen drie uur voor de brug te wachten. Doorvaren naar de voorhaven en schutten vergt nog een uur. Dan is het heerlijk op genua het laatste stukje naar onze eigen box te varen. We proosten met een prima Deens biertje op de afronding van een bijzondere reis.
Woensdag 20 juli positie middernacht noordelijk van Juist naar Vlieland
Het is een fantastische nacht. De volle maan geeft zo veel licht dat je bij het goede zicht alles prima kan waarnemen. De vuurtorens op de Waddeneilanden en Helgoland, de lichtboeien, de grote schepen in de scheepvaartroute, de vissersschepen en jachten in de kustzone. Rond vier uur kondigt het rood aan de horizon daglicht aan. De maan schijnt dan nog helder. Bij het wisselen van de wacht genieten we er samen van. We zetten het grootzeil bij en doen verder de tocht op zeil. Bellefleur loopt lekker als de wind meer naar het ZO draait. Hans krijgt een vreemde vogel als gast aan boord. Er zijn enkele foto’s maar die zijn nog niet bestudeerd. Vooralsnog houdt Hans het op een Blauwe kiekendief. Later houdt hij het op een sperwer.
We komen op een goed moment aan in het zeegat bij Vlieland. De stroom gaat net mee staan. We horen Verkeerscentrale Brandaris melden dat de haven van Vlieland vol is. Hans vraagt telefonisch of we er toch in mogen? Het antwoord is positief, na een tocht uit Cuxhaven mag dat. We zeilen met twee keer overstag gaan de Vliesloot in en strijken net voor de haven. We krijgen per marifoon instructies voor het binnenvaren. We komen naast een kleine partyboot te liggen maar vieren onze terugkeer in Nederland met een eigen feestje. Bij de douches is het zo druk dat W besluit tot een kattenwasje. H wacht zijn buurt af, bij de mannen is de wachtrij opmerkelijk korter. Na een snelle schippersmaaltijd en goede berichten van de kinderen kruipen we snel in bed.
Dinsdag 19 juli van Cuxhaven naar N van Juist, op zee
De voorspellingen blijven goed. Doen wat boodschappen voor onderweg en verder wat kalm aan. Met een stapel pannenkoeken vertrekken we tegen drie uur. De stroom staat nog net niet mee maar dat verandert snel. Op de motor spoelen we de Elbe uit. Na een paar uur zetten we de zeilen bij, maar die strijken we na een paar uur ook weer. De zon gaat prachtig onder. Diametraal er tegenover staat de volle maan net boven de horizon. Een prachtige combinatie. We zetten de genua bij. De stapel pannenkoeken slinkt al aardig.
Maandag 18 juli een dag in en rond Cuxhaven
Een hele rustige dag. De wind is nog west en ook behoorlijk sterk. De voorspellingen duiden nog steeds op verandering morgen. Na de koffie halen we de vouwfietsen te voorschijn. We fietsen langs het water westwaarts en later ZW. We zien het bekende Kugelbaken nu van de landzijde. We mogen er zonder Kurkarte niet naar toe zonder drie Euro te betalen. Dan fietsen we maar door. Dat het strandleven, de verhuur van vakantiewoningen en de dichtheid van hotels zo omvangrijk zijn in Cuxhaven hadden we niet vermoed. We fietsen later meer in het binnenland door uitgestrekte bossen en over een voormalig militair oefenterrein dat nu beschermd natuurgebied is. Op de terugweg krijgt Hans in een dorpje een lekke band. Hij stapt daar met opgevouwen fiets in de bus, ik neem een aardige route terug. We dineren in het restaurant aan de haven. Een krabbensoep en een heerlijke dorade gebakken in folie. Een mooie afsluiting!
We lopen over de steiger op weg naar het havengebouw steeds langs de jollensteiger. Gisteren lag daar een zeehond, vandaag zijn het er twee. Je passeert ze op 5 meter afstand. Ze gaan graag op de foto.
Zondag 17 juli Brunsbuttel naar Cuxhaven
Een ontbijt lekker buiten met heerlijke verse harde bolletjes. De bakker op een paar honderd meter van de haven doet goede zaken. De stroom staat vanaf half drie mee. We gaan om twee uur naar de sluis, kunnen zo doorvaren en afmeren. Het schutten verloopt erg rustig. Op de Elbe zetten we een ongereefd zeil met kleine genua. De zeilvoering past goed bij de wind. Meest hele lange slagen. Er zijn een paar schepen die met ons opkruisen. Bellefleur lapt ze. Na het eten wandelen we naar de antieke kade Alte Liebe en het semafoor met aanduidingen van de windrichting en -sterkte op Borkum en Helgoland. Vrijwilligers zetten de seinen nog steeds in de juiste standen. Mooi dat wij het weer gedetailleerder kunnen bekijken voor we uitvaren!
Er komt een eind aan de lange periode van W wind. Die gaan we gebruiken voor de tocht naar Vlieland. Nog even geduld: vertrek aanstaande dinsdag!
Zaterdag 16 juli van Holtenau naar Brunsbuttel
Vanochtend met ontzettend veel mazzel snel de sluis in. Het antwoord op de vraag wanneer we zouden kunnen schutten, was “u kunt nu invaren in de noordersluis”. De oude sluizen die normaal voor jachten worden gebruikt worden gerestaureerd. Jachten worden nu met koopvaardijschepen mee geschut. We hoefden geen kanaalgeld te betalen. Onderweg een stop gemaakt om diesel te tanken. Verder om en om aan het roer. De 100 km van het Kielerkanaal afgelegd tussen 7 en 16.45 uur. Nog even wat boodschappen in Brunsbuttel gedaan voor het geval we van hier in een ruk naar Norderney of Vlieland kunnen. In de avond laten nieuwe weerberichten zien dat dat niet gaat gebeuren.
Vrijdag 15 juli van Bagenkop naar Holtenau
Als we bij de koffie de nieuwste weersverwachtingen op ons laten inwerken, besluiten we de tocht met windkracht 6 naar Kiel te zeilen. Dat is een betere optie dan morgen met 5 Bf opkruisen of nog een extra dag te blijven. Met twee riffen en een deels uitgerolde kleine genua loopt Bellefleur als een tierelier en ik zie Hans genieten! Het is prachtig bezeild, een hele kleine knik in de schoot. We meren af in het jachthaventje net ten noorden van de sluis.
Donderdag 14 juli van Gedser naar Bagenkop
Vroeg op, de wekker gaat om 4 uur. We hebben een vroege gast. Een Schot vraagt advies bij de kaartautomaat. Het inleveren van de kaart waarmee je toegang krijgt tot de douches en toiletten kan hij niet inleveren. Samen komen we er uit. Hij vraagt of we beschikken over de laatste weerinformatie. Aan boord bekijkt hij de gegevens. Trossen los om kwart over vijf. Wegvaren noordelijk langs de droogvallende Rodsand bank. Met de kijker zien we heel veel vogels en minstens tien zeehonden. Dan laten we ook nog de twee grote windmolenvelden aan bakboord. De wind is helaas minder NW dan verwacht en draait al snel naar W. We doen daarom een stukje motor sailend. Als we weer ruim water hebben zeilen we op windkracht verder. Niet in een lijn naar Kiel zoals beoogd maar opboksend tegen de golven afwisselend over beide boegen. We vorderen langzaam. Als we om 16 uur bij de zuidpunt van Langeland zijn constateren we dat het minstens 22 uur wordt voor we in Kiel af kunnen meren. De haven van Bagenkop is verleidelijk dichtbij. Het besluit daar naar toe te gaan wankelt nog weer als Kiel even zonder kruisen haalbaar lijkt. Om half zeven meren we af in een grote box, breed en lang. Zelfs de lange blauwe lijnen achterop te kort. Een vriendelijke Duitser neemt voor de lijnen aan. Achter hebben we een lijn aan een paal. Dat moet nog anders. De meest simpele oplossing is de tweede lijn zwemmend uit te brengen. Zo geschiedt. We hebben een goed besluit genomen. De wind raast, de regen klettert. Wij eten lekker binnen. Hans kan nu de verjaarspost lezen, de haven heeft goede WiFi.
Woensdag 13 juli van Hesnaes naar Gedser
Met z’n vieren ontbijten we buiten. De grote genua gaat erop. Maar eerst gaan we op de motor, er is te weinig wind. Dat geeft Engelien en Lotte de kans te wennen aan een stuurwiel. Gelukkig kan er al vlot gezeild worden. We zetten een waypoint waar we het vakantiehuisje van Erik en Engelien verwachten. Vlak daarbij spotten we eerst een zwemmende zeehond en daarna een bruinvis. We kunnen een klein puntje van het dak van het huis zien. De koers is zo variabel als de wind maar we bereiken al pratend (en snoepend van de lekkere brownietaart) de haven van Gedser. We meren af en borrelen tot Erik arriveert. We dineren gezellig en lekker in het restaurant aan de haven. Aansluitend zwaaien we de gasten uit en gaan gauw slapen. We zien een weerbeeld waarmee Kiel haalbaar lijkt in een dag!
Dinsdag 12 juli van Klintholm naar Hesnaes
Op basis van de ervaring van gisteren houden we er rekening mee dat we vijf uren nodig hebben om in Hesnaes te komen, 15 mijlen opkruisen op zee met golven en stroom tegen. We ontbijten rustig. Hans laat het kado dat sinds Soderkoping in de voorpunt ligt, onuitgepakt maar vindt het een prachtig geschenk. Een bijzondere wandkast die thuis zijn plek zal krijgen. Om toch iets uit te kunnen pakken krijgt hij nog een lekkernijtje. Na koffie met gebak varen we weg. Met een lange slag komen we al aardig bij Hesnaes uit en om 14 uur liggen we al weer afgemeerd. Bellefleur gleed heel soepel door de golven. We hijsen ter gelegenheid van de verjaardag de lettervlaggen Bellefleur. Eerst vergeten we er een terugtreklijn aan te zetten. Als we de vlaggetjes naar beneden trekken knapt een van de vlaggelijntjes en bungelt er een serie bovenin. Hans hijst me omhoog om de zaak naar beneden te halen. De tweede keer is de pavoiseer actie succesvol. Vrolijk wapperende vlaggetjes verwelkomen Engelien, Erik, Peter en Lotte. We gaan meteen smullen van de heerlijke lasagne bereid door Engelien.
Daarbij een heerlijke gemengde salade. Bij de koffie komt de verjaardagstaart te voorschijn: een smulrecept van een bekende Deense kok. Heel gezellig om met zulk aangenaam gezelschap de verjaardag te vieren! We wandelen langs de bijzondere huizen van Hesnaes. Rietstroken vast gezet met horizontale houten planken op de voor- en achtergevels. De zijgevels in vakwerk. De daken met riet bedekt en met een speciale houten constructie op de nok. Rond de ramen bewerkt hout. We zwaaien Erik en Peter uit. Engelien en Lotte blijven slapen.
Maandag 11 juli van Hollviken naar Klintholm
We benutten de brugopening van 7 uur om weer zuidwaarts te gaan. We hijsen direct na het kanaal. Het is pittig opkruisen. Er staat een behoorlijke zee. De aanhoudende westelijke winden zorgen voor een tegenstroom. We naderen de krijtrotsen van Mons klint heel langzaam en kunnen dus lang van een mooi uitzicht genieten. We meren af in de vissershaven aan een Duits jacht. We liggen er heerlijk rustig; dat is op andere plekken in de haven wel anders! Net voor achten nog even wat boodschappen gehaald bij de kleine supermarkt aan de haven. Schoon gedoucht kruipen we in bed.
Zondag 10 juli van Ystad naar Hollviken
Ook deze dag weer vroeg de haven uit. We plannen naar Gislovs Lage te gaan. De wind trekt zich weinig aan van de voorspellingen. Er hoeft geen rif gezet, de richting is zo dat we weinig hoeven te kruisen. Dat doet ons na het opvragen van nieuwe weersvoorspellingen besluiten door te gaan naar Skanor. Dan ontdekt Hans een optie die we nog niet eerder hadden gezien: een haventje aan de noordzijde van het Falsterbrokanaal. Dit kanaal werd in de tweede wereldoorlog gegraven. Schepen hadden een kortere route naar het Skagerrak en vermeden de vele mijnen bij Skanor. Het scheelt uren varen en voor de tocht morgen een even goed startpunt. We gebruiken de wachttijd voor de brug in het kanaal (van half vijf tot zeven uur) voor eten, mailen etc.
Zaterdag 9 juli van Simrishamn naar Ystad
We varen voor achten alweer uit. Eerst langs de Z lopende kust met vrij weinig wind. Dan bij de punt weer aan de wind en opkruisen. Deze keer kunnen we ongereefd varen. De afstand is niet groot. We meren af om 14 uur. We foerageren weer voor een aantal dagen in het leuke stadje. Vroeg in de avond zoeken we de kooi op.
Vrijdag 8 juli van Karlskrona naar Simrishamn
De belangrijkste vaarweg van Karlskrona loopt pal zuid. Het doet wat denken aan Plymouth met alle fortificaties en torens. Op zee opkruisen. We hebben een route gepland naar het eilandje Hano waar de grote baai aan de ZO zijde van Zweden zijn naam aan dankt: de Hano bucht. Het waait er vaak hard en het vaarwater is berucht bij zeilers. Tot nu zijn we nooit de bocht ingevaren. De wind houdt zich gedeisd ten opzichte van de voorspelde en komt uit een gunstiger richting. We zeilen bijna de hele route met een rif in het grootzeil. Wij stellen onze plannen bij en gaan naar Simrishamn. Na 11,5 uur zeilen afgemeerd, 79 mijlen afgelegd. Lekker opgeschoten richting Nederland! We zijn niet erg positief over de faciliteiten: de betaalautomaten een hele andere kant op als de toiletten en douches. Onduidelijkheid waar je de kaart die uit de automaat rolt voor kan gebruiken en onvoldoende electriciteitskastjes op de steiger. We besteden geen tijd aan het stadje.
Donderdag 7 juli een dag in Karlskrona, een dag verwaaid, harde W wind
Heerlijk, een dag niet vroeg op. Na achten rustig douchen en ontbijten. Dat laatste kan lekker buiten. Na de koffie op stap. We verkennen eerst bij het havenkantoor of ze ons kunnen adviseren waar W haar rechter oor kan laten uitspuiten. Al een week lang zit die langer of korter zo verstopt dat het oor niets hoort. Uiteindelijk adviseert een toevallige passant naar het Hålsohuset te gaan, op 5 minuten loopafstand. We worden vriendelijk ontvangen. De administratie duurt even maar met het internationale verzekeringskaartje van Menzis loopt de procedure zonder problemen. Een assistente heeft flink moeten spoelen om het oor schoon te krijgen, maar ze hield vol tot het klaar was. Wat een genot om weer goed te horen. Nu kan ik weer voor twee horen en besef beter wat Hans altijd ervaart. Aan boord lunchen we met vers brood en heerlijke aardbeien. In de middag diverse boodschappen gedaan en de stad bekeken. Het oude gedeelte van de stad Bjorkholmen is leuk. De Duitse kerk een imposant gebouw van binnen en van buiten. Morgen wordt het een pittige zeildag.
Woensdag 6 juli van Kristianopel naar Karlskrona
Om het traject af te leggen voordat het stormt vertrekken we al om vijf uur. Eerst over zee naar de ingang van de route door de scheren op het zo puntje van het vaste land van Zweden. Grote zeer ondiepe watervlaktes. Vaak stenen op hele kleine eilandjes. Vooral een domein van aalscholvers. Het regent en samen navigeren we zorgvuldig door geultjes die soms heel erg nauw zijn. Naast de meest nauwe geul ook ondiep water, 1,1 m op de kaart. Heel voorzichtig schuiven we erdoor en zuchten opgelucht als er meer water onder de kiel is. Er wacht nog een spannend moment: de passage onder een brug van 18 m. Onder de boog verwachten we meer ruimte. We zijn blij met de informatie op de peilstok, met 18,65 kunnen we er vertrouwd onder door. We meren al voor elven af in de stadsmarina van Karlskrona. Het gaat weer regenen en we liggen beschut. Om 13 uur raast de wind al flink, op open water stormt het. Maar wij deden het hele traject op de motor, er was nauwelijks wind. De middag en avond besteden we administratief en huishoudelijk. We gaan onder schone lakens slapen.
Dinsdag 5 juli van Borgholm naar Kristianopel
Onze buren vertrekken voor een zelfde traject net voor ons, om zes uur. Het wegvaren en loskomen van de achterankerboei verloopt soepel, de wind komt aardig op de kop in. De zee is rustig. We kruisen weer op; er is weer geen sprake van de beloofde W wind. In de geul bij de brug tussen Kalmar en Oland gebruiken we de motor als ondersteuning. Het overgrote deel van de 60 mijl leggen we af op zeil. We hebben een paar uur flink wind, hoeven niet te reven en schieten dan lekker op. Om 16.45 uur verwelkomt de havenmeester ons op het havenhoofd. Hij vraagt naar onze diepgang en wijst een plekje aan. Er is nog plek zat maar als we om acht uur gaan slapen, ligt het aardig vol.
Maandag 4 juli van Ankerplaats Katsholmarna naar Borgholm op Oland
Het weerbericht voorspelt W wind. Die waait het eerste gedeelte van de tocht door een fraai scherengebied. Dan draait de wind weer naar Z en gaan we op open zee opkruisen. Om ons heen drijven zeer dreigende buien, af en toe horen we onweer. We hebben geluk, de buien gaan meest niet over ons heen. We zetten twee riffen in het grootzeil, rollen de grote genua een flink stuk in en later helemaal. Terechte zeilvermindering. Het anker gaat op om 6 uur, we meren af in de haven van Borgholm om 17 uur. Gezien de buien varen we niet door naar Kalmar. We doen boodschappen en bereiden de tocht van morgen voor. Bellefleur ligt onrustig te trekken aan de landvasten. Er loopt deining binnen en de betonnen steiger ligt erg laag. We zetten extra lijnen en dat maakt het beter. We slapen licht en kort.
Zondag 3 juli van Fyrudden naar baai Katsholmarna ten oosten van Sparo
Om zes uur helpen we Peter en Juut met hun landvasten. Zij gaan ons voor en hebben een ankerplek meer naar het zuiden op het oog. Wij slaan de kleine genua aan. De watertank laten we vol lopen, de vuilwatertank gaat juist leeg. Om 8 uur de haven uit. We varen door een prachtig scherengebied. We zien op een afstand van 30 meter een zeearend in een boom op een dode tak zitten. We varen op de motor en gaan achteruit om foto’s te nemen. De arend wacht daarop en vliegt dan weg. Ook de vlucht wordt vastgelegd! Al vrij snel kunnen we de motor ondersteunen met genua en/of grootzeil. Wat is het landschap gevarieerd door al die rotsen en eilandjes met geen of steeds andere begroeiing en de steeds wisselende belichting. Slechts een klein deel van de tocht gaat over open water. Daar kruisen we op met ZO wind, terwijl we ZW wind hadden verwacht. De baai waarin we ankeren ligt rimpelloos op ons te wachten in de zon. Na drie kwartier raast er een regenbui met wind over. Goede test of het anker houdt. Daarna eten we buiten in de zon. Vroeg naar bed. Morgen willen we flink naar het zuiden.
Zaterdag 2 juli nog een dag in Fyrudden
Na diverse opties te hebben bekeken besluiten we gevieren nog een dag te blijven. We zijn vooral benedendeks bezig. De regen deert ons daar niet. In de middag klaart het op. Met Juut verkennen we de omgeving noord van de haven. Er staan veel grote huizen. We vinden een paar aardige wandelpaden. Hoogtepunt is een veldje met vele hoge gevlekte orchideeën. We schuilen voor een regenbui onder een dicht bebladerde appelboom met vele jonge vruchten. De bosbessen zijn elke dag nog smakelijker. We eten aan boord van Bellefleur. Meloen met ham vooraf; een macaronischotel als hoofdgerecht. Daarna gaan we allen snel aan de slag om de tocht van morgen zuidwaarts te plannen. Laat op de avond stellen wij gezien de dan net binnengekomen windinformatie onze vertrektijd op 8 uur. Eerder hadden we 6 uur gedacht.
Vrijdag 1 juli een dag in Fyrudden
De weerberichten van alle beschikbare bronnen worden benut voor het maken van plannen. De uitkomst is dat we blijven liggen. We wachten hier de pittige wind en regen af. Met de neerslag valt het wel mee. In de middag wandelen we met z’n vieren naar een uitzichttoren ten ZW van de haven. De wandeling is meest over kleine paadjes, afwisselend langs huizen (ook hele fraaie), weiland, bos op hellingen en baaien.
Toevallig vinden we een hoog uitkijkpunt en genieten van een prachtig zicht over de scheren. We eten heerlijke gerookte grote garnalen aan boord van ’t Looze Visschertje met een mooie dillesaus, sla en aardappelen. Peter trakteert op een fotoshoot met beelden van de laatste dagen.
Donderdag 30 juni van Gibbo Kupa naar Fyrudden
Er is slechter weer op komst, af en toe regen en meer wind nog steeds uit het zuiden waar wij naar toe willen. We zoeken een haven met allerlei faciliteiten op korte afstand. We leggen de 5 mijl af deels op de motor, deels op de genua. De haven is beter beschut dan we dachten. We liggen weer naast elkaar. ’s Middags fietsen we naar Gryt om de kerk te bekijken. We ontdekken fietspaden en genieten van het wisselende landschap en de tweede huisjes. De kerk van 1798 heeft mooie schilderijen en is goed onderhouden. Langs een andere route keren we terug. Bij de thee gebak tgv de verjaardag van Jeike. Na de borrel eten we bij het restaurant aan de haven. De visgerechten smaken goed en de chocoladetaart als dessert is ook prima.
Woensdag 29 juni van Harstena naar Gibbo Kupa
Er zijn heel veel mogelijkheden voor de volgende bestemming in de scheren. De keuze valt op Gibbo Kupa. Weer een start met zwemmen. Daarna heerlijk ontbijten met verse broodjes die Juut al van de bakker heeft gehaald. Het is maar 5 mijl. De routes van de twee schepen zijn deels gelijk. Daar zetten we elkaar uitgebreid op de foto. De aak helaas niet onder zeil. We meren af aan de rots. Peter heeft het schip naast een goede afstap rots gelegd. Juut pakt de lijnen aan van Bellefleur, met wat meer moeite stappen wij van boord. De plek is onbeschrijflijk mooi en we blijven de enige twee schepen. Na de lunch lopen en klauteren we naar de Kupa, een merkteken van rotsblokken van 5 meter hoog, gebouwd door loodsen op een punt waar eerder een houtconstructie stond. Soms staken ze het hout ook aan zodat het vuur goed zichtbaar was. Ook deze avond eten we weer samen. Nu met voorgerecht bij P en J en hoofdgerecht bij ons. Als het net regent ervaart Hans hoe glad de natte rotsen zijn. Op het steile stuk waar een touw met knopen hangt om je aan vast te houden, glijdt hij languit op zijn rug. Gelukkig geen pijnlijke ervaring. In de avond vernemen we dat Maartje Zonneveld is overleden. We spreken Jakob.
Dinsdag 28 juni van Riso naar Harstena
In de vroege ochtend komt er wind uit het zuiden en komen we met de kont vrij dicht bij waterplanten en rotsen. Toch gaan we nog weer slapen tot de wekker van half zeven. We starten met een frisse duik. Op het anker kleeft een enorme lading prachtige licht grijze klei. Hans doet er even over de klei eraf te stoten en te boenen. Op een klein traject na zeilen we naar Harstena, een afstand van 12 mijl. We meren af aan de steiger met hekanker om elf uur en dan kunnen we meteen de lijnen aanpakken van ’t Looze Visschertje. We genieten alle vier van de ontmoeting en gaan gezamenlijk lunchen aan boord van Bellefleur. In de middag wandelen we over het eiland. Door het dorpje met rode huizen naar de traankokerij. Hier sleepten ze de afgeslachte robben in grote getale over gladde rotsen naar de kokerij. We snoepen in het bos van de eerste rijpe bosbessen. We zien vele orchideeën van een soort met hele lange slippen. Bij de kiosk trakteert Peter op heerlijk ijs. Er is nog een slank Zweeds jacht tussen onze schepen komen liggen. Het echtpaar komt voor het slapen een wijntje mee drinken. Ze wonen aan het Vattern. Grappig zoals zij verwoordt de Noordzweden stug te vinden, maar als het klikt zijn het vervolgens de beste vrienden.
Maandag 27 juni van Soderkoping het kanaal uit en de scheren in, ankeren Riso
Met zeer diverse boodschappen vertrekken we tegen tienen. De drie resterende sluizen worden vlot bediend. Een sluiswachter vertelt dat er problemen zijn met de verkeersbrug westelijk van de stad en dat daar chaotische toestanden zijn.
In Mem tanken we diesel na de laatste sluis. De sluiswachter moet ons nog helpen. Als je niet de keuze van de enige pomp aangeeft wordt de procedure afgebroken en krijg je geen druppel. Dat hadden we van de tekst op de automaat niet begrepen. De sticker voor de doorvaart en de servicekaarten voor gebruik van de faciliteiten (ook de wasmachines zijn inbegrepen) moeten we inleveren. We hebben alle kanaaldelen en de kleinere meren moeten motoren, bijna steeds tegenwind en soms geen wind. Heerlijk dat er nu weer gezeild kan worden. De wind is ZW en dat kunnen we goed gebruiken. De route gaat meest over aanbevolen routes, dat is het veiligst. We gaan voor anker in een baai van het eiland Risö. We liggen er prachtig beschut en het anker houdt goed. In de late avond hebben we contact met Peter en Juut. We spreken af elkaar te ontmoeten in Harstena.
Zondag 26 juni allerlei activiteiten in Soderkoping
Voor het opstaan gaat het flink regenen. De temperatuur is lekker gezakt. Binnen ontbijten. Hans gaat aan de slag met foto’s, ik ga plannen voor de komende dagen. We kopen een boek met detailinformatie over natuurhavens en stadjes aan het water. We verheugen ons op de scheren. Een late lunch met vers brood buiten. Daarna een stadswandeling aan de hand van een beeldenroute. Twee zeer bezienswaardige oude kerken. Mooie straatbeelden en parken. Een heel aardige galerie bezocht in het oude stadhuis. In de avond komen de eerste foto’s op de website!
Zaterdag 25 juni kanaaltraject van Berg naar Soderkoping, 12 sluizen, 7 bruggen en 1 spoorbrug
Met een duik in het zwembad van Berg (naast onze ligplaats) starten we de dag. We douchen aansluitend in het gebouwtje met faciliteiten. Helaas valt er niet te zeilen over het Roxen. Het is vrijwel windstil. Ook verderop zijn er meren in onze route. Toch alles op de motor. We zien een blauw veld dat we eerst aanzien voor water. We doen er een tijd over om te bedenken dat het wel eens vlas kan zijn. Het landschap is prachtig gevarieerd. We meren af voor de sluis bij een promenade met terrasjes en winkeltjes. Het is er druk. Het had onze voorkeur achter de sluis af te meren, maar de sluiswachter meldt dat daar geen plaats is. We verlaten de sluis weer achteruit. Saillant detail: het was de eerste actie van de jonge vrouwelijke sluiswachter op deze dag. Ze had geen enkel schip geschut. En de opening van de sluisdeuren voor ons bleek dus overbodig. De volgende dagen was er wel werk aan de winkel. We benutten de wasmachine en droger en gaan aan de haven in een restaurant lekker eten.
Vrijdag 24 juni kanaaltraject van Motala naar Berg, 21 sluizen, 10 bruggen
Vandaag midzomer, een van de belangrijkste feestdagen in Zweden. In tegenstelling tot de verwachting: het is prachtig weer, zonnig met een beetje wind, zomerse temperaturen. De eerste sluiswachter van die dag bij de vijftraps sluis bij Borenshult draagt een prachtige krans van bloemen op haar hoofd. Na het schutten loop ik weer omhoog om een foto van haar te nemen. Er fietsen wat meer mensen dan gebruikelijk en rond lunchtijd zien we veel picknickende gezinnen. In Ljungsbro zien we de fanfare lopen met daarachter een kar met groen en vrolijke kinderen. De bediening van de bruggen, spoorbrug en sluizen verloopt soepel. Alleen in Berg moeten we behoorlijke tijd wachten voor het zeventraps sluizencomplex. We zien een klein groot drama gebeuren. We zien een brilduiker (onze eerste!) met vier jongen zwemmen. Ook de kleintjes duiken al naar voedsel. Een overvliegende meeuw weet zo maar een van de kleintjes weg te snaaien. De moedereend vertoont daarna onrustig gedrag. We interpreteren het op het missen van een der jongen. Per sluis ongeveer een kwartier. Om half zes meren we met achterboei af aan de steiger net na de sluis met uitzicht op het meer Roxen. Na het eten stappen we op de fiets om naar een ruïne van een slot op 8 km afstand bij Stjärnorps te gaan bekijken. Het is pittig trappen met de heuvels. Net als we denken dat het wel genoeg is geweest bereiken we de kerk van het gehucht en daarachter blijkt de ruïne in de steigers te staan. Het oogt alsof ze er een appartementengebouwen van willen maken. Achter het complex aangelegd door een Schot 200 jaar geleden ligt een kloof met reuzenvarens. We zien er ook wilde lelies. Een leuke wandeling. Terug nemen we een afslag naar een fietspad. We zien er een hert en ree. Maar moeten weer terug omdat het pad dood loopt. Op het omkeerpunt treffen we een Duitser die er in een huis vakantie viert. In totaal zien we op de fietstocht minstens 15 herten/ reeën. Langs de weg ligt een das in staat van ontbinding. Dat is goed te ruiken. We denken in Berg tussen de Zweden een biertje te gaan drinken. Maar er is geen kroeg te bekennen. Men viert het feest in eigen tuin met barbecue. Moe gaan we slapen.
Donderdag 23 juni van Askersund naar Motala
Tot 13 uur kunnen we wind verwachten, daarna zwakt die af. Vroeg op om de 20 mijl naar de ingang van het Gotakanaal-kanaal tijdig af te leggen. Even na 7 uur zijn we los. Eerst een stukje op zeil. Daarna in de prachtige scheren op de motor. Onderweg zien we weer middelste zaagbekken. Op open water gaan we opkruisen, deze keer naar het zuiden. Vlak voor Motala laat de wind het afweten. We fotograferen de fontein in de voorhaven. De fontein is het middelpunt van de stratenplanning van de stad. Baltzar von Platen heeft het stadsplan gemaakt en is ook de grote genius van het Gotakanaal. Zijn motto: “you can if you want ; but when you don’t want you cannot”. Mogelijk wat verbasterd weergegeven. We zien zijn grafsteen staan langs het kanaal. Bruggen worden vlot bediend. Maar we komen de sluizentrap van 5 bij Borenshult niet door. Een passagierschip krijgt voorrang en dan kunnen ze ons vandaag niet meer schutten. Morgenochtend negen uur zijn we aan de beurt. Om 4 uur al aangelegd. Na thee gewandeld naar een Gotakanaal museum ruim een kilometer terug. We zien een middelste zaagbek met 7 jongen. Een paar liften mee op haar rug als ze van ons weg zwemt. Later ontdekken we dat de grote nestkasten met vierkante opening door zaagbekken worden gebruikt. Ze hangen op ongeveer 3 meter hoog in de boom. Het museum is leuk opgezet. Meneer von Platen zit er blijvend achter zijn bureau. Bij een café naast het museum maken twee mannen de langste dag paal. Die zal worden opgetuigd met veel groen en bloemen. Morgenavond zal er rond worden gedanst. De serveerster meldt dat het bij die vieringen altijd slecht weer is. Als we bij haar weglopen begint het al te spetteren. In de kajuit is het knus met tikkende regendruppels. Tuinen en akkers kunnen wat neerslag best gebruiken.
Woensdag 22 juni in en rond Askersund
Ook vanuit Askersund lukt het niet naar Tiveden te komen. We maken er een fietsdag van. Eerst koopt Hans een zonnebril, de oude had het begeven. Op de vouwfietsen naar Ammeberg. We bekijken onderweg groeven. Het wordt ons niet duidelijk wat er gedolven is. Raven krassen en grommen rond de groeven in het bos. Bijzondere geluiden! Ze laten zich niet fotograferen. In Ammeberg besluiten we een rondje rond de afgedamde uitloper van het Vattern, het Ammelangen te fietsen. We zien een das, helaas dood, een verkeersslachtoffer op een onverharde weg nota bene. Een mooie route, lunchen onderweg. Aan het eind van de middag bekijken we de grote Landeskirkan die naast de haven staat en fietsen we naar slot Sternsund. Zien onderweg weer orchideeën. ’s Avonds lekker gedoucht.
Dinsdag 21 juni Karlsborg naar Askersund
We starten de dag met een verkenning van het huren van een auto. We willen graag naar het Nationaal Park Tiveden waar ze een oerbos aan het creëren zijn in een schitterende omgeving vanwege gletschers. Helaas zijn we niet succesvol. Bij de VVV hebben ze de datakaart zo aan de praat. We besluiten aan het eind van de ochtend toch te gaan varen en kiezen als bestemming Askersund, helemaal in het noorden van het grote Vattern meer. We kunnen een flinke afstand de spinnaker gebruiken en lopen daarmee een lekker vaartje. In de scheren gaat die er af. Prachtig vaargebied. We meren af midden in het dorp.
Maandag 20 juni Vassbacken naar Karlsborg
In het kanaal alles moeten motoren. Vandaag voert de route deels over een meer, het Viken. Daar kan gedeeltelijk worden gezeild. Deels is er een smalle vaargeul tegen de wind. Hele mooie smalle delen met eenrichtingsverkeer geregeld met toetersignalen. Vrij vroeg in de middag al afgemeerd. Hans bemachtigt met moeite een datakaart maar krijgt die niet aan de praat. Daarom zitten we nu in een café met drankje de WiFi van het etablissement te benutten.
Zondag 19 juni verder het Gotakanaal tot Vassbacken
Een meest bewolkte dag, soms wat miezerige regen. Echt hele vlotte bediening van de waterkunstwerken. Vandaag ca. 10 sluizen, 6 bruggen en weer 1 spoorbrug. We kijken vanaf het schip uit over weilanden en korenvelden.
Het Gotakanaal wordt ook wel de langste laan van Europa genoemd. De 200 jaar geleden geplante bomen hebben het moeilijk. Er is een herbeplantingsprogramma. Een stel Nederlanders komen met een caravan naast onze aanlegsteiger staan. Ze vinden het leuk een kijkje aan boord te nemen. Jeike en Jakob sturen een foto tgv vaderdag. Later op de avond spreken we hen beide.
Zaterdag 18 juni van Mariestad naar Lyrestad aan het Gota-kanaal
Na een prima douchebeurt op weg naar de ingang van het kanaal bij Sjotorp. We hoeven net niet te kruisen. Onder de vaste brug door die krap 20 m hoog is. Voor de sluis geluncht. In ons eentje de sluis gedaan.
De klaargemaakte constructie voor het bedienen van de landvasten verloopt goed. De voorlijn loopt via een katrol bij de voorste bolder naar de lier op het achterschip. De achterlijn wordt direct vastgezet en blijft op die lengte. We nemen in totaal flink wat sluizen en bruggen en een spoorbrug.
We meren af bij de oude kerk van Lyrestad. Helaas gaat die net op slot als wij de kerk willen bekijken. We maken een wandeling, vinden niet de runestenen die we zochten. Treffen wel twee mooie orchideeën.
Vrijdag 17 juni van Djuro naar Mariestad
Na het opstaan dalen we via de zwemtrap af voor onze eerste kennismaking met Zweeds water. Het voelt nog behoorlijk koud. Na een rondje rond Bellefleur klimmen we er weer snel uit. Bij het afdrogen zien we een hert! We drinken rustig koffie en vertrekken met heel weinig wind. Geen enkel probleem bij het verlaten van de baai. We wisselen zeilen en motoren af. Vrij vroeg in de middag meren we af. We maken een stadswandeling, hoogtepunt is het bezoek aan de grote Domkerk. ’s Avonds slaan we inkopen voor meerdere dagen in.
Donderdag 16 juni van Spiken naar Djuro
Van onze Zweedse informant die bijna in het water viel, hebben we een detailschets gekregen van een baai aan de noordkant van Djuro. Als de ankerboei die daar ligt vrij is, kunnen we heel voorzichtig proberen om over de drempel van 2.0 m te komen. De baai is te klein om op eigen anker te gaan liggen en wij kunnen er ook niet aan de rotsen afmeren. Spannend dus of de expeditie gaat lukken. We kruisen op en hebben lang prachtig zicht op het kasteel dat we gisteren bezochten. Het ligt er zeer indrukwekkend. We hebben geluk: de boei is onbezet, de drempel komen we goed over! Het is een mieters plekje. We doen al snel de wandelschoenen aan om op het eiland zo mogelijk herten te spotten. Op de eerste open plek zien we er geen. Als we bij de jachtvilla een appeltje zitten te eten wandelen een hert en haar jong langs. Het wandelen op zich is al geweldig, een open bos met heide en bosbessen (nog niet rijp, maar soms wel al wat blauw). Een been brede paadjes, goed gemarkeerd met oranje stippen. Na een biertje en een maaltijd gaan we weer met ons rubberbootje naar de wal. Op deze wandeling zien we meer dan tien herten. De route is nog afwisselender dan die in de middag. Een afsluiting in de kuip zit er niet in, te veel muggen. Het enige negatieve puntje van deze dag. O nee, nog een. Een stormmeeuw houdt ons regelmatig gezelschap. We zijn erop verdacht dat hij/zij niet van onze borden mee gaat eten. Maar de twee stukjes chocola voor bij de koffie zijn wel ineens verdwenen. Daarna drinkt de meeuw opvallend veel water. Hoe wordt een stormmeeuw in zo’n paradijs toch junk?
Woensdag 15 juni omgeving Spiken zonder varen
Vroeg in de morgen is het gaan regenen. Er kan veel zout wegspoelen! We ontbijten binnen en dat is lang geleden. Helaas zelfs met de eigen datakaart geen internet en dus geen buienradar en weerberichten. We gaan na de koffie lopen naar kasteel Lacko 2.5 km van hier. Het fundament van het kasteel stamt al uit de dertiende eeuw. De plaats was zeer strategisch aan het water gelegen. In de zeventiende eeuw liet Magnus Gabriel De la Gardie het huidige barokke kasteel realiseren. Hij was een zeer belangrijk edelman, trouwde een nicht van koningin Christina en regelde met andere edellieden op het kasteel met dagenlange braspartijen allerlei zaken. De gids vertelde smakelijk over de gebeurtenissen al was de hygiene er bar slecht. Het kasteel, de kerk en tuin zijn een bezoek waard! Het café heeft lekkere broodjes en andere traktaties. Er is een haventje pal bij het kasteel. Maar met onze wandeling krijgen we een beeld van de natuur en de landbouw op Kallandso. We treffen een zeer imposante eik en zien een ree. Terug in Spiken kopen we gerookte regenboogforel en genieten daarvan bij de maaltijd.
Dinsdag 14 juni van Vanersborg naar Spiken
Ons doel is een van de highlights van Vanern, het oude vissersplaatsje Spiken. We gaan om 9 uur door de spoorbrug en wegbrug (tot masthoogte 17 meter kan er onderdoor) door de twee geopende bruggen.
Eerst op de motor door een bebakende geul en op zeil zodra er ruimte is om te kruisen. Vanern heeft grote delen met erg ondiep water en ook delen waar meer dan 100 m water staat. In het verleden werden boeierachtige schepen gebruikt voor transport van zeer diverse goederen, zoals ijzer en specerijen. De richting en kracht van de wind is wisselend. Pas om 5 uur zijn we bij de ingang van het scheren gebied. Daar op de motor zorgvuldig onze route volgen. Er is duidelijke bebakening. Prachtige scheren, kleine rotsen, eilandjes in allerlei maten met wisselende begroeiing en vaak met rietkragen die nog niet op hoogte zijn en het groen van dit jaar is gecombineerd met het geel van vorig jaar. Een doorsteekje is erg nauw, krap 7 meter breed. We tanken diesel en verkennen een ligplaats. Er ligt maar een jacht op de gastenplaatsen. De Zweedse schipper vertelt dat hij 2.5 m water op de dieptemeter ziet. Met gerust hart varen we later de box naast hem in. Het ligt er prima!
Maandag 13 juni van Trolhattan sluis tot Vanersborg
Het is een kort traject. Eerst ontbijten we heerlijk rustig buiten. De vogels zingen in het aangrenzende park. We worden echt stipt 9 uur toegelaten tot de sluizen trap van drie. Per sluis een kwartier, soepel bediend, geen grote krachten op de lijnen. Een voorlijn en een achterlijn naar een trap en het loopt allemaal soepel. Na betaling van het kanaalbedrag varen we uit voor de vierde sluis. De weg- en spoorbrug worden ook weer vlot bediend. We komen langs het enorme fabriekscomplex van Saab. De naam staat er nog wel groot op. We vragen ons af hoe de toestand van het bedrijf is. Mooi groen landschap met vrij breed vaarwater met aansluitend een nauw kanaal uitgehouwen in de rotsen naar Vanersborg. Daar is een dieselpomp bij een jachthaven. Maar we krijgen te horen dat de tanks helemaal leeg zijn. Zweden heeft een bevoorradingsprobleem weten niet wat er aan de hand is. Vanaf morgen zitten we op ruim water en kunnen we zeilen. Hans haalde voor de zekerheid 10 liter diesel bij een benzinestation in de buurt. Boodschappen gedaan, een was gedraaid en de stad per voet verkend. Geen oud centrum; door branden is alles vrij recent.
Zondag 12 juni van Gothenburg naar een plekje voor de sluizentrap van Trollhattan
Na de koffie gooien we de trossen los. We kunnen net onder de eerste brug door zonder dat die open moet. Tot 19 meter kan meldt de brugwachter ons op de marifoon; onze hoogte is 18.5 m. Ziet er toch beangstigend uit! We worden op onze wenken bediend en gaan zonder oponthoud door 2 bruggen, 1 spoorbrug en 1 sluis. Het is meest zonnig. De wind is zwak en staat tegen. Kortom de motor draait het hele traject van 46 zeemijlen. We meren af bij de oude sluizencomplexen van Trollhattan, gebouwd in 1800 en 1844. Je kunt er in de parkachtige omgeving prachtig wandelen. Er ligt maar een zeilboot als wij arriveren. De schipper komt ons later op de avond uitgebreid informeren over de leukste plekken van het Vanern. Hij ruikt naar drank en stapt bij vertrek tussen wal en schip. Hans weet hem omhoog te trekken. Alles loopt goed af.
Zaterdag 11 juni van Gottskar naar Gothenburg
Als we weg willen varen, komt de havenmeester net aan. We rekenen af en vertrekken meteen. Eerst rustig met ruime wind zuidwaarts op beschut water. We houden er rekening mee dat het op zee nog ruig zal zijn maar het is overal erg rustig. Het landschap verandert steeds. Geleidelijk naar het noorden worden het scheren met grotere eilanden. We kruisen een groot gedeelte van de route op. De laatste 10 mijl moet op de motor. We meren af in Lila Bommen, een kleine haven die in de zomer overladen is maar nu nog plek zat heeft.
Veerboten meren er ook af en de stadsdrukte is hoorbaar. Bovendien heeft een gezelschap van 15 personen een feestje op twee vrij dicht bij ons gelegen boten. Ze hebben drank, barbecue en muziek tot 2 uur ’s nachts! Na ons diner maken we een lange stadswandeling. Op een plein is een optreden dat er letterlijk uitknalt. We lopen gauw verder. Bij uitgaansgelegenheden vaak veiligheidspersoneel (met handboeien aan de gordel) om toegang te regelen. Veel aandacht voor groen en duurzaamheid. Allerlei kleine tijdelijke standjes in de drukste straat van de stad om zaken te verduidelijken. Een deel van de route leggen we door parken. We besluiten niet nog een dag in de stad te besteden en de volgende dag de rivier op te varen.
Vrijdag 10 juni van Varberg naar Gottskar
Eerst zijn we van plan te blijven liggen. Maar bij de koffie besluiten we op basis van de nieuwe weergegevens toch te gaan zeilen. Nog even boodschappen, een vroege lunch en om 13 uur de box uit. In de havenkom mooi op de wind het grootzeil met twee riffen gehesen. De geul naar buiten prima te bezeilen. Daarna opkruisen op een ruige zee. Bovendien weet de wind ook een waterstroom zuidwaarts te maken. Wind en stroom tegen maakt de slagen weer belabberd. Het schiet niet op. Als we om 19 uur vaststellen dat het tot minstens 23 uur zal duren voor we in Lerkil kunnen afmeren besluiten we naar Gottskar te gaan. We wenden de steven en varen met ruime wind. Wat voelt dat gemakkelijk, maar als Hans de route heeft voorbereid en we de juiste koers gaan voorliggen, draait de wind en zwakt drastisch af. De genua helemaal uitgerold en de twee riffen er uit en weer opkruisen! Maar om 21 uur zijn we afgemeerd. De procedure verliep bepaald niet vlekkeloos maar we liggen heerlijk rustig. Geen wind meer te voelen.
Donderdag 9 juni van Gilleleje naar Varberg
De geplande wandeling laten we schieten. We besluiten een deel van de windstille ochtend toch te varen op de motor zodat we al met al een flinke stap naar het noorden kunnen maken. Na twee uren kan de motor uit. In de middag zetten we twee uren de motor bij. Verder is het prima zeilen, gewoon aanhoudend noord varen met wind ruim tot dwars inkomend. We liggen tegen negen uur mooi met de kop in de wind in een box die breed genoeg is en 4 meter te lang. Prima faciliteiten in de haven. Op de betaalbon alle gegevens al is die van het internet niet duidelijk. Maar op de badhuis WiFi kunnen we weerberichten, kranten en mail binnenhalen.
Woensdag 8 juni van Sejero naar Gilleleje
Een tweetal namen die wij waarschijnlijk voor Denen onverstaanbaar uitspreken. Een enkele Deen knoopt een gesprek aan. Start is meestal een compliment over de boot. Verdere communicatie is functioneel in het Engels.
Er zijn al twee Duitse boten vertrokken als wij om half zeven opstaan. Vroeg varen is aantrekkelijk, in het begin van de middag verwachten we weinig wind. We beogen naar Hundested te varen. Maar onderweg veranderen we de bestemming in Gilleleje. Morgen kunnen we dan Zweden bereiken. We varen in totaal maar een uur op de motor. Eerst lekkere wind uit het NW, na de luwte uit het NO. Met grote genua goede snelheid. De Nederlandse marine oefent met de fregatten Holland en Friesland in het gebied ten noorden van Sjaelland. Meerdere jachten worden gesommeerd voor eigen veiligheid uit te wijken. Wij kunnen onze route doorzetten. We horen de mitrailleurs denderen. Om 18 uur meren we af, 60 mijl afgelegd in 10 uren.
Dinsdag 7 juni van Nyborg naar het eiland Sejero
Het verlaten van de box gaat beter dan het invaren. Zonder hulp loopt het soepel. In de volle zon opkruisen naar de grote brug tussen Funen en Sjaelland. Dan voor de wind noordwaarts en na de brug zetten we de spinnaker. Pas als we meer naar het oosten gaan moet die er weer af. Schitterende zeildag, mooi afgerond met gemakkelijk afmeren langs de kade. In de avond nog een korte wandeling. Op het strand vinden we meerdere stenen met een gat. Mooie aanvulling op onze verzameling.
Maandag 6 juni van Kiel naar Nyborg
Een zeer gevarieerde route, eerst de Kieler Fjord, dan open zee, dan gebaggerde geulen langs Marstal op Aero en bij Rudkobing op Langeland. Daar onder de brug door en koers langs de oostkust van Funen naar de eindbestemming. Alle geulen zeilend kunnen bevaren!
Goed zeilweer. Met kleine genua al veel vaart. We zetten in de middag een rif in het zeil.
Bij het invaren met veel zijwind van een veel te lange box (typisch voor Deense havens?) wil een vriendelijke Duitser onze lijnen aannemen. Maar ik wil op de gewone manier de boot op de steiger aanpakken. We zitten elkaar in de weg, Hans krijgt geen beeld van de situatie en vaart te fors door. In de weeromstuit heeft niemand een voorlijn op de steiger en valt de Duitser in het water. Op de buurboot houd ik Bellefleur zo goed mogelijk af en Hans kan weer naar de steiger varen. Daar staat dan de druipende Duitser met vrouw om Bellefleur vast te maken. Geen bolders, alleen onhandig laag geplaatste ringen. Het kost alsnog moeite Bellefleur goed vast te krijgen. Gelukkig heeft de drenkeling alleen een nat pak en geen fysiek of materieel ongemak. Hans brengt later de Duitser een fles wijn en krijgt talloze adviezen hoe af te meren. In Nyborg in een supermarkt net voor tienen wat boodschappen kunnen doen.
Zondag 5 juni Giselau kanaal- Kiel
De nacht in het kanaal is rustig. Volop fluitende vogels in de bomen langs het kanaal bij het opstaan. Onderweg ontbijten we in de zon. De tocht naar Kiel gaat vlot. Op de helling langs het kanaal zien we een grazende ree. Nijl-, grauwe- en brand-ganzen zwemmen in groepen. Sommige paren hebben jongen, de grootte van de jongen varieert van donsballetjes tot bijna volgroeid. De oude sluizen bij Holtenau worden gerestaureerd. We krijgen met drie jachten een snelle bediening in de noorderkolk van de nieuwe sluizen. We hoeven niet naar boven te klauteren om te betalen. Geen idee waarom er geen kanaalgeld geheven wordt. We meren af in de Dusterbrook haven, de olympische haven van 1936. De havenmeester wijst een box aan. We lopen aan het eind van de middag naar het oude stadscentrum. Eten in een simpel restaurantje en benutten de Kieler WiFi. Weer aan boord zetten we een route naar Lundeborg op Funen uit. Verder op weg naar het Noorden!
4 juni ergens op zee ten noorden van Langeoog- Giselau kanaal (overnachtingsplek van het Kielerkanaal)
De nacht begint en blijft helder. De sterrenhemel is mooi. Geen maan gezien. We hebben geen visserijschepen om ons heen. Dat maakt het een aangename tocht zonder grote zorgen om verkeer. De zee is rustig. We gebruiken de stuurautomaat nauwelijks. Bellefleur blijft op koers met vastgezet roer. Als de stroom tegen staat is het opkruisen niet erg productief. In de stroom tegen periode weinig voortgang maar we bereiken de Elbemonding mooi op de tijd om met stroom mee naar binnen te spoelen. Dat deel moet wel op de motor want de wind is vrijwel weg. We kunnen stroom mee benutten tot Brunsbuttel, de ingang van het Kielerkanaal. Daar dobberen we op de wachtplaats voor het schutten twee uren en maken daar alsnog de stroomkentering mee. Eenmaal uit de sluis op de motor door het kanaal.
3 juni Lauwersoog- Duitse bocht ten noorden van de Duitse Waddeneilanden
De weerberichten doen ons ’s morgens besluiten te vertrekken. In het supermarktje van Het Booze Wijf doen we nog even wat inkopen. Om tien uur door de sluis. Lekker stroom mee langs Schiermonnikoog en in het Westgat. Dat zeegat is erg ondiep en produceert steile golven van flinke hoogte ook als er weinig wind is. Klappen op het water is dan niet te voorkomen. Eenmaal op zee is het veel rustiger. Zicht goed en daar genieten we van na de ervaring een paar dagen eerder boven Terschelling en Ameland. Mooie zonsondergang. Lange slagen over stuurboord. Lekker zeilen.
2 juni hele dag Lauwersoog
Even na half tien gaan we door de sluis naar de jachthaven Noordergat in het Lauwersmeer. De wind blaast 6 Bft en zit in het NO. Niet aantrekkelijk om door te gaan. Nog steeds is er bij de weersvoorspellingen op zee melding van kans op mist. We wandelen in de middag in het Natuurpark Lauwersmeer. Veel orchideeën. Een gekraagde roodstaart goed kunnen bekijken. Terug in de jachthaven komen we Wilco van de Enschedese zeezeilschool Neptunamor tegen. Hij komt later bij ons theedrinken. Hij gaat ’s avonds per auto naar Cuxhaven om een boot op te halen.
1 juni hele dag Lauwersoog
We slapen lekker bij en staan pas om half tien op. Het is zonnig met een lekkere zeilwind. Maar die zit niet goed. Door de kans op mist blijven we aan de wal. We shoppen bij de watersportwinkel voor een veiligheidslichtje aan een zwemvest. We ontdekten dat de houder van de opblaasunit van mijn normale zwemvest gebroken was. We kopen verse tarbot en smullen er ’s avonds van. We ontdekken op weg naar de supermarkt een veldje met veel orchideeën. In een plasje zien we mooi gekleurde tafeleenden zwemmen.
31 mei Makkum-Lauwersoog
De wekker loopt af om 3.30 uur. Vlot de trossen los. We kunnen direct de sluis invaren. Na een kwartier gaan de deuren dicht, we blijven het enige schip. De brug wordt aansluitend vlot bediend (op 2 juni horen we dat de A7 compleet gestremd is wegens problemen met de brug). In de Boontjes kunnen we zeilen. Rustig water tot het zeegat bij Vlieland. Er staat op zee nog een behoorlijke golfslag. We moeten opkruisen en dan schiet het niet goed op. We verwachten dat het slechte zicht op zee spoedig zal verbeteren. De zon doet zijn best door te breken. Dat lukt ook terwijl tegelijkertijd de mist boven het wateroppervlak verdikt. Plotseling duikt vlak voor ons een tegemoet komend jacht op. Geen AIS! Ik roep Hans uit bed en samen kijken we binnen en buiten. Het is vermoeiend en we besluiten niet door te zetten naar Cuxhaven maar uit te wijken naar Lauwersoog. De geul langs zandplaten Rif en Engelsmanplaat is goed te bezeilen zonder kruisen. We meren om 21 uur af in de buitenhaven. We betalen bij de automaat en constateren dat er geen toiletfaciliteiten zijn. We kruipen na het eten van boterhammen met gebakken ei snel in bed.
30 mei dagje klussen in Makkum
Hans loopt alle apparatuur langs en constateert dat alles in orde is. We wandelen naar het dorp en schaffen voor beide zwemvesten een nieuw hulpmiddel (Spinlock Lume) aan waarmee de gele opblaaseenheden fel gaan oplichten bij contact met water. Een nieuw mooi hulpmiddel!
We bereiden de tocht naar de Elbe voor en moeten daarbij het hoogwater Harlingen de volgende morgen van 5.30 uur benutten. Dus vroeg op!
29 mei met Lasse naar Wageningen
Na voetballen en andere spelletjes vertrekken we per auto naar station Franeker. Goede reis naar Wageningen. Daar heerlijke rabarbertaart en aspergemaaltijd. Ook terug alle aansluitingen gehaald!
Zonder matroos verder.
28 mei Texel-Makkum
Vrij snel na het ontbijt het water op. We hoeven minder te kruisen dan verwacht. Lasse toont dat hij goed aan de wind kan zeilen. Lekker snel voor de sluis en ook geschut. Tot onze verbazing kiest Lasse er niet voor om te gaan spelevaren met het rubberbootje. Hij speelt met de hond en we wandelen (zien helaas nauwelijks vogels) en voetballen.
27 mei Makkum-Texel
We kunnen rustig starten. Hoogwater Harlingen is pas om 13 uur. Lasse had zich al verheugd op het spelen met de hond die bij de havenmeester hoort. De hond is daar blij mee! We beoefenen het kaartspel Ezelen. Bij de sluis is het druk en we moeten een schutting wachten. Met de wind van achteren is het gemakkelijk varen naar Texel. Voor het eten nog tijd om krabben te vangen. Het aantal valt tegen. Voor het slapen kijken we vogels in de binnendijkse plas. Meeuwen, sterns en kluten lopen er ondertussen met hun jongen. Grappig hoe kleine kleintjes al parmantig lopen te slobberen!
26 mei start van de vakantie met Lasse
Om 16 uur vertrekken we uit Enschede na een gezellige ontmoeting met Ali en Johanna (vergezeld door kleindochter Anne en vriend Ger). Lasse en Anne spelen leuk met elkaar. Anne past al op de skelter. Goede reis, snel aan tafel en Lasse vlot naar bed. Hij slaapt goed in ook al zijn wij spullen aan het stouwen.